Teruglezen van de back-up
Introductie
Binnen Exact Compact kunt u zowel back-ups maken als teruglezen. Deze pagina beschrijft het teruglezen van een functionele back-up.
Uitleg van de velden
Let op :
- U kunt uw back-up alleen teruglezen in de oorspronkelijke administratie. Uw back-up dient derhalve in hetzelfde administratienummer te worden teruggezet!.
- Het is niet mogelijk om een back-up terug te lezen in een nieuwe administratie.
- De bestaande gegevens worden overschreven.
Het teruglezen van back-up gaat volgens de volgende stappen:
Administratie
In dit veld staat het administratie nummer van de geselecteerde back-up. Als dit nummer al bestaat, wordt de bestaande administratie altijd overschreven!
Database directory
Hier dient u de locatie op te geven waar de administratie wordt teruggelezen. Afhankelijk van of u met een server werkt of met een named instance kunt u hier het volgende invullen:
- U heeft SQL Server op een server geïnstalleerd: Dan dient u hier het bestandenpad vanaf het werkstation naar de data map op de server in te voeren. Wanneer op de server de database bestanden bijvoorbeeld in de map 'c:\Program Files\Microsoft SQL Server\MSSQL10.SQL2008\MSSQL\DATA' staan, vult u deze verwijzing in bij 'Server map'. Vanuit het werkstation gezien betreft dit dan '\\MIJNSERVER\c$\Program Files\Microsoft SQL Server\MSSQL10.SQL2008\MSSQL\DATA\'. Dit vult u in bij 'Databaselocatie'. In werkelijkheid zijn deze twee mappen dezelfde map. Alleen wordt er bij 'Databaselocatie' vanuit het werkstation naar de map gekeken, terwijl bij 'Server map' vanuit de server naar deze map wordt gekeken.
- U werkt met een named instance: Dan dient u hier het pad in te voeren waar u de backup wilt teruglezen. Wanneer u lokaal werkt en met een named instance werkt zijn de locaties in de velden 'Database directory' en 'Server map' dan ook precies hetzelfde gevuld. Wanneer u de backup wilt teruglezen iun de map 'c:\Program Files\Microsoft SQL Server\MSSQL10.SQL2008\MSSQL\DATA', dan vult u in deze situatie bij beide velden ( 'Database directory' en 'Server map') deze directory in.
Daar wordt de back-up dus ook in teruggelezen.
Server map
Hier dient u het lokale pad van de server in te voeren waar de SQL-server de data wegschrijft. De data map is dus de verwijzing vanaf het werkstation naar de server. Wanneer op de server de database bestanden bijvoorbeeld in de map 'c:\Program Files\Microsoft SQL Server\MSSQL10.SQL2008\MSSQL\DATA' staan, vult u deze verwijzing in bij 'Server map'. Vanuit het werkstation gezien betreft dit dan '\\MIJNSERVER\c$\Program Files\Microsoft SQL Server\MSSQL10.SQL2008\MSSQL\DATA\'. Dit vult u in bij 'Databaselocatie'. In werkelijkheid zijn deze twee mappen dezelfde map. Alleen wordt er bij 'Databaselocatie' vanuit het werkstation naar de map gekeken, terwijl bij 'Server map' vanuit de server naar deze map wordt gekeken.
Met de knop 'Volgende' gaat u verder naar het samenvattingsscherm.
- Tot slot krijgt u een samenvattingsscherm met een overzicht van de door u gemaakte keuzes en kunt u het terugzetten van de back-up starten door op 'Klaar' te drukken.
- Wanneer de back-up is gemaakt verschijnt de melding:Back-up teruggelezen
Wanneer tijdens het teruglezen van een back-up de computer is vastgelopen of er is een fout opgetreden, kan het zijn dat u uw administratie niet meer kan benaderen. In zo'n geval kunt met de restore actie de administratie attachen.
Gerelateerde onderwerpen
Main Category: |
Attachments & notes |
Document Type: |
Online help main |
Category: |
|
Security level: |
All - 0 |
Sub category: |
|
Document ID: |
04.458.795 |
Assortment: |
Exact Compact+
|
Date: |
17-06-2020 |
Release: |
|
Attachment: |
|
Disclaimer |